Welk beeld zet je neer? #geloofthuis

De eerste zondagochtend zonder kerkdienst. We houden een thuisviering met ons gezin. In plaats van het geplande uurtje zitten we al snel 2 uur samen aan de eettafel te praten, bidden, knutselen en Bijbellezen. De reeactie van de kinderen: ‘Kunnen we dit niet altijd doen?’

Schuldgevoel

Als ik dit deel met andere ouders krijg ik wat onrustige reacties. Ze voelen zich schuldig dat zij geen eigen viering hebben gehouden en verdedigen zichzelf met ‘Maar wij hebben samen naar een TV-dienst gekeken hoor!’ Ik proef vaak onzekerheid en schuldgevoel als ik met ouders praat over geloofsopvoeding. ‘Eigenlijk zou ik… maar ik weet niet hoe en heb het al zo druk…’

Overbelast

Ik hoop met mijn hele hart dat #blijfthuis ons bewust maakt van wat altijd al gold: #geloofthuis! Als ouder ben jij de belangrijkste inspiratiebron voor de geloofsontwikkeling van je kind. Als je kind gaat ontdekken wie God is en wat geloven inhoudt dan kijkt het niet naar een spreker, kinderleiding of schooljuf maar (vooral) naar zijn eigen (pleeg)ouders! Betekent dit nog meer druk op overbelaste vaders en moeders? Nee, geloofsopvoeding zit ‘m niet in activiteiten maar in wie jij bent en wat je uitstraalt. Dat is de basis.

Beeld van God

Als ouder ben je een beelddrager van God. Jij zet een beeld neer van wie God is. Je kind zal zijn Godsbeeld aflezen aan jou. Een paar voorbeelden:

Jij straalt uit dat je je geliefd weet door God – je kind ontdekt: God is liefde.

Jij praat met eerbied over Hem – je kind ontdekt: God is heilig.

Jij zorgt elke zondag voor een feestelijk ontbijt – je kind ontdekt: God maakt blij.

Jij bent te druk met de kerk om aandacht te hebben voor je kind – je kind concludeert: God zal ook wel druk zijn met dingen die belangrijker zijn dan mij.

Exodus 20: 4-5 verbindt het maken van godenbeelden aan de opvoeding van ouders. Als ouders een verkeerd beeld neerzetten van God werkt dit generaties lang door. Als ouders God liefhebben zal de zegen daarvan doorwerken tot duizend generaties verder! God liefhebben is dus al geloofsopvoeding. Daarmee grif je een Godsbeeld in het hart van je kind.

Beeld van een gelovige

Als ouder zet je ook een beeld neer van wat een gelovige is. Hoe presenteer jij je als gelovige?

De heilige gelovige

Deze ouder laat zien hoe vroom hij is. Dat hij nooit twijfelt en nooit faalt. Geloven is fantastisch en God lost alles voor jou op. Hierbij voelen gewone ouders zich verschrompelen. Maar als je dit beeld neerzet zal je kind concluderen: daar kan ik niet aan voldoen. Je legt de lat voor je kind te hoog. En voor jezelf trouwens ook. Want er komt een moment dat je kind ontdekt dat het beeld niet klopt, dat het maar schone schijn was.

De onzichtbare gelovige

Deze ouder betrekt zijn kind niet bij zijn geloof. Voor het kind is zijn geloof onzichtbaar. Je kind kan zijn eigen geloof niet spiegelen aan dat van jou. Als jij je niet in je hart laat kijken kan je kind niet ontdekken dat geloven een kwestie is van liefhebben en vertrouwen.

De struikelende gelovige

Deze ouder gaat al struikelend als een kind aan Gods hand het leven door. Hij leert door moeilijke momenten heen. Hij maakt fouten, schiet tekort en is daarmee een geweldig voorbeeld voor zijn kind: Hoe vaak je ook onderuit gaat, Gods liefde blijft onvoorwaardelijk. Door de onvolmaaktheid van deze ouders schijnt Gods liefde en genade des te sterker!

Een paar voorbeelden:

  • Als je iets moeilijks hebt meegemaakt op je werk deel je dat aan tafel met je gezin en met God. Je durft zwak te zijn en laat je kinderen voor je bidden.
  • Als je kritiek krijgt van je puber kun je daar rustig op reageren omdat je weet dat jouw identiteit in God ligt en niet in de waardering van mensen.
  • Als je kind jou een moeilijke vraag stelt over God zeg je eerlijk dat je dat ook niet weet.

Ingrid Plantinga-Kalter is theologe en moeder. Ze heeft Geloof in het gezin mede opgezet en geeft toerusting over geloofsopvoeding. Daarnaast ontwikkelt ze voor het Praktijkcentrum producten op het gebied van bijbelstudie, catechese en liturgie.